20202021www.gertjanbaan.nlvwo5

ESSAY

Wat is een essay?

Zie ook: NN p. 78-80.

In de openingspagina hebben we een essay omschreven als een beschouwende prozatekst of een artikel over een wetenschappelijk, cultureel of filosofisch onderwerp, waarin de schrijver probeert zijn persoonlijke gedachten over maatschappelijke verschijnselen, problemen of ontwikkelingen te verwoorden.

Als je deze formulering leest, valt vooral het laatste deel op: je probeert als schrijver je gedachten over een onderwerp te formuleren.

Dat betekent een aantal dingen:

  • je experimenteert (want er is geen trucje dat je eenvoudig kunt toepassen)
  • en als iets je niet duidelijk is (je erkent je onwetendheid/onkunde)
  • probeer je je gedachten (en dat vergt denkwerk)
  • op een rijtje te zetten (en put je uit je taalvaardigheid en put je je taalvaardigheid uit).

Wie schrijven essays en waarom?

Geleerden (wetenschappers, politici, schrijvers, ...) stuiten bij hun werkzaamheden op onduidelijke of zelfs raadselachtige zaken. Ze hebben de behoefte zo'n onderwerp te verkennen om het beter te begrijpen. En voordat ze echt gedegen wetenschappelijk onderzoek kunnen verrichten - of soms: in plaats daarvan - willen ze er wel vat op krijgen. En dan schrijven ze hun overdenkingen op, vaak al met het besef dat die niet helemaal correct zijn, maar met de wens het denken over zo'n onderwerp te stimuleren. In de landelijke dagbladen kom je in de weekend-edities vaak essays tegen.

Joke Hermsen
Joke Hermsen
Bas Heijne
Bas Heijne
Stine Jensen
Stine Jensen
Geert Mak
Geert Mak

Inhoud en taal van een essay zijn opvallend omdat de schrijver op beide gebieden de lezer een 'tikje' wil geven: om na te gaan denken.

Inhoudelijk gaat de schrijver vaak tegen gevestigde meningen in en durft afwijkende of zelfs algemeen afgekeurde uitspraken te doen en te beargumenteren. Een mooi voorbeeld is het essay Voor wie kwaad wil van de schrijver Gerrit Krol. Daarin keert hij zich tegen de in Nederland overheersende gedachte dat de doodstraf niet moet worden uitgevoerd omdat ze inhumaan is.

Gerrit Krol

Gerrit Krol

Voor wie kwaad wil

Om de lezer te raken moet de schrijver in zijn taalgebruik ook alle beschikbare middelen gebruiken. Woordkeuze, zinsbouw, beeldspraak, ritme en stijlfiguren dragen alle bij tot grotere zeggingskracht. Veel technieken worden ontleend aan de poëzie, zoals je kunt zien in het gedicht dat de 22-jarige Amanda Gorman voorlas tijdens de inauguratie van president Joe Biden.

Hier lees je de Engelse tekst en de Nederlandse vertaling. Over het gebruik van die stijlmiddelen kun je lezen in het artikel van Thomas de Veen in NRC-Handelsblad van 23 januari 2021. Een mooie reactie van de dichteres Lisette Ma Neza vind je hier. En de analyse van de toespraak van Joe Biden vind je hier.

Voorbeelden en werkwijze

In de volgende paragrafen maak je kennis met (fragmenten uit) een aantal essays. Elk essay wordt korte ingeleid en toegelicht. Met behulp daarvan kun je de tekst zelf lezen en ontdekken. Als voortzetting daarvan werk je samen in een groepje om dieper door te dringen in inhoud en stijl. En ten slotte ga je in de volgende weken je eigen essay schrijven: je kiest een onderwerp dat je boeit, zoekt informatie, stelt je eigen visie vast en gaat aan de slag om als schrijver het onderwerp te verkennen.

De drie voorbeeldessays hebben alle betrekking op de relatie tussen een tegendraads maar kwetsbaar individu en de maatschappelijke orde.

1 Individuele opdracht - Kennismaking met drie essayisten

Essay 1 - Arnon Grunberg
Essay 2 - Eddy de Wind
Essay 3 - Menno ter Braak
bron: VK 5-1-2021

Arnon Grunberg is een schrijver/journalist die veel reist en over alles wat hij tegenkomt nadenkt en publiceert. Daarbij schuwt hij niet af te wijken van gangbare opvattingen en gevestigde reputaties aan te vallen. Eén van zijn opvallende bijdragen betreft de 4 en 5 mei lezing van 2020 waarin hij zich als joods auteur aan de zijde schaart van Marokkaanse Nederlanders die vanwege hun achtergrond niet als individu maar als vertegenwoordiger van een groep worden behandeld. (Open de tekst hier.)

In dit artikel wordt hij uitgedaagd een vmbo-leerling tijdens de lockdown online te begeleiden. Hij maakt daarbij dankbaar gebruik van zijn eigen ervaringen als drop out van het voortgezet onderwijs, maar ... durft ook een aantal zaken te benoemen die maatschappelijk gevoelig liggen en niet meteen op applaus zullen worden onthaald.

Lees het artikel in pdf-vorm.
bron: VK 14-1-2021

Melcher de Wind is de zoon van Eddy de Wind die als arts het vernietigingskamp Auschwitz overleefde en daarover (al tijdens zijn verblijf in het kamp) schreef: Eindstation Auschwitz.

In dit artikel beschrijft de zoon hoe hij voor het eerst Auschwitz bezoekt. Als voorbeeld de openingszin: Auschwitz, oktober 2019. Ik zit op een stenen rand voor het internationale monument. Ik sluit mijn ogen en koester me in de warmte, de zon voelt haast weldadig.

Lees het artikel in pdf-vorm.

bron: dbnl.nl

Het laatste voorbeeld van een essay komt uit 1937. In dat jaar publiceerde Menno ter Braak - journalist, criticus en romanschrijver - het essay Het nationaalsocialisme als rancuneleer. Hierin beschrijft hij de wortels waaruit het nationaalsocialisme van Adolf Hitler is voortgekomen: rancune, mislukking, onvrede, ... In dit fragment zijn alleen de eerste vier alinea's weergegeven. Lees ze rustig door, want je leesvaardigheid wordt danig op de proef gesteld. En vraag je onderwijl af of deze tekst hopeloos gedateerd is (inhoud, zinsbouw, stijl) of razend actueel (inhoud, zinsbouw, stijl).

Dat de geschriften van Menno ter Braak door de Nazi's als hoogst ongewenst en zelfs als bedreigend werden ervaren blijkt uit het feit dat zij direct na de capitulatie van Nederland in mei 1940 bij hem op de stoep stonden om hem te arresteren. Ter Braak wist dat hij gearresteerd zou worden, had ook een sterk vermoeden van wat hem daarna stond te wachten en heeft om die reden een einde aan zijn leven gemaakt.

Lees het artikel in pdf-vorm of in Digitale Bibliotheek van de Nederlandse Letterkunde.

2 Groepsopdracht - analyse en commentaar

Zie: opdrachten Magister

Nadat je de essays hebt gelezen bespreek je die in een groep met drie klasgenoten on line. Je maakt een opname van het gesprek en levert die bij de opdrachten in Magister in.

Het gesprek is gericht op de volgende vier onderdelen:

  • Welke tegendraadse elementen vind je in de inhoud?
  • In welk opzicht bevat de taal opvallende kenmerken in woordkeuze, zinsbouw, uitdrukkingen, beeldspraak en stijlmiddelen?
  • Wat is voor de schrijver het raadselachtige/onbekende/moeilijke/... dat hij klaarblijkelijk onder woorden wil brengen?
  • Welke van de drie auteurs spreekt jou het meeste aan qua inhoud, ideeën en/of taalgebruik?

Hieronder staat de concrete uitwerking van de opdracht.

  1. Voer de opdracht in de week van 1 februari tot en met 6 februari uit.
  2. Vorm een groepje van vier personen.
  3. Lees de essays.
  4. Bereid individueel de volgende vragen/opdrachten voor
    • Wijs in elk essay minstens twee opvallende uitspraken aan qua inhoud. Licht je keuze toe.
    • Wijs in elk essay minstens twee opvallende uitspraken aan qua formulering. Licht ook nu je keuze toe.
    • Formuleer bij elk essay de centrale gedachte.
    • Beantwoord de vraag in hoeverre de auteur jou aan het denken zet.
    • Wat zou je de auteur als antwoord willen geven?
  5. Organiseer een online (Zoom/Teams-)ontmoeting van ongeveer een kwartier met je groepsgenoten.
  6. Neem de bijeenkomst op en lever die in bij de daarvoor opgestelde opdracht in Magister (V5_5_3_Opdracht_Essays).
  7. Bespreek gezamenlijk de punten die iedereen heeft voorbereid. Zorg dat iedereen aan het woord komt.
  8. Besteed aandacht aan de auteurs: wat kun je zeggen over hun taalgebruik: woordkeuze, zinsbouw, gebruik van uitdrukkingen, beeldspraak en stijlfiguren.
  9. Besteed ten slotte aan het nut / de zin van deze opdracht volgens jou: heeft het essay te maken met jouw wereld / met de wereld van 2021?

3 Individuele opdracht - schrijven van een essay

Het wordt tijd dat je zelf een essay gaat schrijven. Daarvoor heb je drie weken de tijd:

  • Je kiest een onderwerp dat je boeit en waarover je eigen inzichten wilt formuleren;
  • Je verzamelt kwalitatief goede informatie en selecteert het materiaal dat jij wilt gebruiken,
  • Je schrijft de eerste versie van je essay in peerScholar en experimenteert met je schrijfstijl: woordkeuze, zinsbouw, uitdrukkingen, beeldspraak en stijlfiguren.
  • Daarna lees je gedurende een week drie essays van klasgenoten en geeft daarop feedback.
  • Ten slotte bekijk je de feedback van klasgenoten op jouw essay, herschrijft je tekst tot je tevreden bent ...

  • Neem de tijd tot de voorjaarsvakantie (19 februari 18:00 uur) om je eerste versie in peerScholar te schrijven.
  • Misschien kun je inspiratie en informatie uit de zaterdagedities van NRC-Handelsblad halen (zie studiewijzer).
  • Bepaal een onderwerp waarover jij nadenkt.
  • Verzamel informatie ...
  • ... en begin te schrijven.
  • Mogelijk blader je nog eens door de pagina's van Nieuw Nederlands (184-211) over aantrekkelijk taalgebruik ...
  • Lengte? Wat dacht je van 400 tot 800 woorden?
  • En hoe dan? Experimenteer!
  • Vermeld onderaan je tekst op welke gebieden je graag feedback van je klasgenoten wilt krijgen. Wees concreet.
  • Na de voorjaarsvakantie zullen drie andere leerlingen uit vwo 5 jouw tekst en vragen van feedback voorzien. Jij gaat zelf de teksten van drie andere leerlingen (namen onbekend) lezen en bespreken.
  • Daarna ga je met het commentaar en je eigen bevindingen je tekst herschrijven om die ten slotte te publiceren in de verzamelbundel aan het einde van deze periode.

Ga verder

© gertjan baan -