Discussie & debat  - les 4

Les 4 - discussie: observaties en voorbereiding

Je hebt in de vorige lessen ...

  • de toespraak van minister-president Rutte bekeken en gelezen. Je hebt daarbij (oriënterend) gelet op beeld, lichaamstaal, oogcontact, inhoud en taalgebruik.
  • In de eerste opdracht heb je de technieken voor aantrekkelijk en effectief taalgebruik herkend.
  • Vervolgens heb je die spreektechnieken toegepast in een eigen speech van één minuut.

In deze en de volgende les leer je ...

  • feedback te geven aan klasgenoten en feedback van hen te ontvangen en verwerken;
  • een discussie te observeren en te becommentariëren; 
  • een discussie voor te bereiden;
  • aan een discussie deel te nemen.

Ook nu een bonustoespraak: Jan Terlouw in De Wereld Draait Door.

Jan Terlouw is afgestudeerd wiskundige en gepromoveerd kernfysicus, was jarenlang politicus (fractieleider van D66) en Minister van Economische Zaken.

Na zijn pensionering heeft hij zich verder toegelegd op milieu- en klimaatproblemen.

Matthijs van Nieuwkerk heeft hem een aantal keren uitgenodigd om in De Wereld Draait Door over dit onderwerp te spreken.

Zijn bijdrage van 30 november 2016 is beroemd geworden. Na een kort gesprekje (0:00 - 2:14) geeft Matthijs van Nieuwkerk Jan Terlouw het woord. Deze richt zijn blik op de kamera en spreekt de kijker toe, zonder autocue of aantekeningen op papier.

Je herkent ongetwijfeld een aantal spreektechnieken waardoor zijn toespraakje zo'n indruk heeft gemaakt.

Let zelf ook eens op het volgende, iets nieuws: hij heeft zijn toespraak natuurlijk helemaal ingestudeerd, maar dat merk je nauwelijks. Hij lijkt geheel onvoorbereid te spreken. Er is echter één moment waar hij een foutje maakt: hij dreigt een deel van de inhoud over te slaan. Dat corrigeert hij - voor de kijker waarschijnlijk nauwelijks waarneembaar - onmiddellijk.

Vraag aan jou: welk moment is dat? Noem het exacte tijdstip.
(Oplossingen zenden aan g.ornee@noordik.nl. Onder de goede inzendingen wordt een aantrekkelijke prijs verloot: een drumles van 30 minuten.)

Je gaat naar een fragment kijken uit het programma Pauw en Witteman uit het jaar 2008.
Een onderdeel van het programma was gewijd aan ongeregeldheden in Gouda waarbij jongeren waren betrokken met een Marokkaanse achtergrond.
In de dagen vóór de uitzending was er ophef ontstaan over het gedrag van de jongeren en de houding van de politie, die zou veel te soft zijn. In de Tweede Kamer waren tijdens een debat harde woorden gesproken.

Je ziet achtereenvolgens ...

  • een korte introductie (0:00 - 1:10)
  • een inleidend gesprek van de presentatoren Jeroen Pauw en Paul Witteman met de plaatselijke politiecommandant Jan Stikvoort (1:10 - 2:48), en daarna
  • een discussie tussen Jan Stikvoort en Laetitia Griffith, lid van de VVD-Tweede Kamerfractie. (3:20 - 13:29)

Het punt van discussie wordt door Jan Stikvoort onder woorden gebracht in het fragment van 2:55 - 3:20.

Opdracht 1

Bekijk het hele fragment als een gewone kijker laat op de avond en vul na afloop zonder lang na te denken de volgende zin aan:

"Ik denk dat de meeste kijkers thuis ... de meest overtuigende vonden."
(Kies tussen: de politiecommandant of het kamerlid.)

Opdracht 2

Bekijk het fragment nu nog eens en vul daarna de onderstaande tabel in.

  • Zet een + bij de beste van de twee, en een - bij de zwakste
  • Licht je antwoord in een aantal trefwoorden toe.

ONDERWERP

STIKVOORT

GRIFFITH

1 - oogcontact

...

...

2 - lichaamshouding

...

...

3 - duidelijkheid

...

...

4 - formuleringen

...

...

5 - overwicht

...

...

6 - commentaar

...

...

Opdracht 3

Bekijk het fragment nu voor de derde keer en vul daarna de onderstaande tabel in.

  • Zet een + bij de beste van de twee, en een - bij de zwakste
  • Licht je antwoord in een aantal trefwoorden toe.

ONDERWERP

STIKVOORT

GRIFFITH

7 - inhoud

...

...

8 - argumentatie

...

...

9 - drogredenen

...

...

Opdracht 4

Beoordeel ten slotte wie van beide discussianten de meeste steun verdient. Licht je antwoord toe met gegeven uit bovenstaande 9 aandachtsgebieden.

Je hebt in les 3 onderstaande toespraak beluisterd.
Daarbij heb je vooral op formuleringen en spreektechniek gelet. De inhoud is buiten beschouwing gebleven.

Luister nu eens goed wat ze zegt.
Binnenkort krijgen jullie de discussievraag voorgelegd of het verstandig is in Nederland het wetenschappelijk onderwijs engelstalig te maken.

Noteer - op basis van deze speech - alvast wat argumenten en tegenargumenten.

[vervolg les 5]