1010110001001001 (01 10 2020)

Oudste in de sectie

Het verhaal en meer over Anton Koolhaas.

Vandaag ben ik de oudste in de sectie Nederlands geworden en bevind ik me in dezelfde positie als het personage 'Tip' in het verhaal Meneer Tip is de dikste meneer van Anton Koolhaas. In dat verhaal wordt het leven in een varkensstal beschreven. We volgen het jonge varken Tip dat de gebruikelijke levensfasen van een varken doorloopt: van onwetend klein biggetje via een ballorige puber tot een volwaardig en toegewijd lid van de gemeenschap en - uiteindelijk - een senior in de marge, wachtend op het vertrek naar een onbekende bestemming.

Natuurlijk dringt zich de vraag op naar het moment van mijn eigen vertrek. Een aantal maanden geleden heb ik het artikel Neem op tijd afscheid van je werk gelezen. Vooral één formulering is me bijgebleven:

Artikel in de Volkskrant van 29 februari 2020.
"De werknemer [...] heeft er [...] alle belang bij om zich open te stellen voor de betrekkelijkheid van zijn loopbaan – het centrale thema in het leven van de voorgaande decennia. Dat zal niet zo moeilijk zijn voor degenen – gesteld dat die het zo lang hebben uitgehouden – die jarenlang hebben gewerkt om ooit comfortabel met pensioen te kunnen gaan. Maar wel voor degenen voor wie werk een levensvervulling was. Die zich voor hun sociale genoegens en maatschappelijk prestige afhankelijk hebben gemaakt van werk. Degenen die hun leeftijdsgenoten niet vragen ‘hoelang moet jij nog?’ maar: ‘hoelang mág jij nog’ – niet beseffend dat in beide vragen een existentiële tristesse besloten ligt."

Vooral de woorden 'existentiële tristesse' resoneren ... Allerlei gedachten / bedenksels / ideeën / hersenspinsels en -schimmen borrelen op. Ik besluit ze op te schrijven.
- Waarom?
- Geen idee!

Over de Pensées van Pascal.

Misschien in navolging van Blaise Pascal's Pensées: korte bespiegelingen – soms aforismen – over wat hem boeide maar waarover hij nog niet uitvoerig kon schrijven.

Zo ontstaan de volgende pagina’s die mijn 'denk'stof bevatten in de periode van 1 oktober 2020 tot de dag van mijn vertrek, 1 september 2022. De overdenkingen en invallen staan in chronologische volgorde. De thema’s zijn door het toeval bepaald: wat mij opvalt, heb ik opgenomen. En de titels zijn in hun reeksen van enen en nullen even simpel als verwarrend. Ze weerspiegelen de voortschrijdende digitalisering van het leven: ‘1010110001001001’ is de binaire weergave van het getal ‘44105’ waarmee in de computersystematiek de datum ‘1 oktober 2020’ wordt aangeduid.

Vooral om de gecompliceerde vanzelfsprekendheid van ons huidige leven te schetsen: de informatie- en communicatiemiddelen die wij dagelijks in toenemende mate gebruiken, zijn aan de oppervlakte simpel, maar daaronder complex en gebaseerd op processen die wij niet kennen en begrijpen. Dat geldt voor de digitale wereld. Maar - bij nadere beschouwing - evenzeer voor onze natuurlijke taal: ze is ons op het lijf geschreven en tegelijk vreemd. Daarom hebben veel bijdragen op deze pagina's betrekking op taal.
Een tweede reden voor deze notatie in enen en nullen is gelegen in de opmerking van buitenstaanders dat veertig jaar onderwijs toch wel altijd 'hetzelfde' is. Als reactie wijs ik erop dat elk cursusjaar, elke klas en elke leerling weliswaar uit bekende ingrediënten bestaat - de enen en nullen in de datumnotatie - maar dat die telkens een eigen, unieke combinatie opleveren. Onderwijs is met andere woorden altijd 'anders'. En als leraar raak ik nooit uitgeleerd.

Eenvoud / complexiteit

Uit het gedicht 'ik tracht op poëtische wijze' van Lucebert.

Ik denk nu aan een foto: de aarde gezien vanaf de rand van ons zonnestelsel, niet meer dan 'een broodkruimel op de rok van het universum'. Een ogenschijnlijk eenvoudige foto (blauwe nevel met een korrel wit), maar bij nadere beschouwing van een duizelingwekkende complexiteit.
In 1977 werd de Voyager 1 gelanceerd voor een tocht langs de planeten in ons zonnestelsel. Op 14 februari 1990 - op het moment dat ze ons zonnestelsel zou verlaten - richtte ze nog één keer de camera op de aarde en in de allergrootste zoomstand maakte ze onderstaande foto. Die werd omgezet in een reeks enen en nullen en via een straalverbinding naar de aarde geseind waar de gegevens na dertien uur (!) arriveerden: een foto van de aarde vanaf de rand van ons zonnestelsel teruggestuurd naar diezelfde, in het heelal bijna onvindbare aarde. De complexiteit van de eenvoud.
Ook ik kijk nu aan het einde van mijn onderwijsreis nog eens terug ...

Op dit moment (-- : uur) bevindt de ruimtesonde zich in de interstellaire ruimte. Gedurende mijn hele werkzame leven als leraar in het onderwijs is (ook) zij onderweg geweest.

Achtergrondafbeelding

De ruimtesonde Voyager 1 maakt op 14 februari 1990 vanaf de rand van ons zonnestelsel een foto van de aarde op een afstand van 6.000.000.000 kilometer ... en seint die vervolgens naar de aarde in een reeks van enen en nullen. En wij zien: we zijn een broodkruimel op de rok van het universum ...

   

© gertjan baan -